De ochtend begint met miezer die verandert in dikke druppels en uiteindelijk in een malse regenbui die de hele dag duurt. We hebben nog even de hoop dat na twee koppen koffie de regen minder wordt.
Uiteindelijk klimmen we een uur later toch maar weer met regenbroeken en regenjassen aan in het zadel.
Na Blagoevgrad hebben we een hindernis te overbruggen van dertig kilometer. Er komt dan een smal dal waar krap plaats is voor een rivier, treinrail en een weg. Verkeer van vier rijbanen snelweg en twee rijbanen provinciale weg komen op twee rijbanen bij elkaar. Daar zouden wij dan tussen moeten fietsen met ook nog eens drie tunnels in het vooruitzicht. Dat gaan we dus anders doen, en we zetten opnieuw in op de bus.
Bij het busstation houdt Lilian deze keer een oogje in het zeil bij de fietsen en mag Ties zijn charmes in de strijd gooien. Ook nu is het de buschauffeur die bepaalt of de fietsen mee kunnen als bagage.
De chauffeur van de bus reageert wat nors maar we krijgen groen licht en daar gaat het om. Weer twee blije fietsers, in een overvolle maar droge bus.
Vijftig kilometer verder en tien Lev (vijf Euro) armer stappen we uit in Sandanski. Onze norse chauffeur komt dan nog even kijken of we alles weer compleet hebben voordat hij verder rijdt, dat is dan weer zo vriendelijk.


We weten niet zo goed wat we van de Bulgaren moeten denken. De ene keer worden we enthousiast begroet als we op de fiets voorbij komen en vriendelijk geholpen. De andere keer krijgen we het gevoel dat ze ons maar lastig vinden, ‘wat moeten we met die twee rare buitenlanders’ , om vervolgens toch heel hulpvaardig te zijn. Ook al is dat wel eens een misverstand.
Als we ’s middags wat willen eten en een klein restaurant binnenstappen denken we: “O, wat fijn, het dagmenu staat als voorbeeld klaar”. Er staan vier borden met gerechten op een tafel. De keuze is gemakkelijk te maken en we wijzen een bord aan want het Cyrillisch is Chinees voor ons. Als later vier mannen binnen komen en aanschuiven om de voorbeelden op te eten valt het Levje. We hadden geluk dat ze pas na ons kwamen. Een stevige kordate vrouw die ons helpt spreekt geen Engels:”NO!” en straalt ook niet de gastvrijheid uit om moeite voor ons te doen. Braaf eten we onze borden leeg, bang dat ze anders begint te foeteren.
Maar we komen gelukkig ook enkele vriendelijke Bulgaren tegen!
De laatste Bulgaarse kilometers komen er aan. We fietsen langs het museum van Baba Vanga, een Bulgaarse die veel voorspellingen heeft gedaan waarvan er ook verschillende zijn uitgekomen. Als kind is ze blind geworden maar heeft veel voorzien. Het was haar wens om na haar overlijden haar huis open te stellen voor belangstellenden. Het is een heel Baba Vangapark geworden en de eerste bus bezoekers van vandaag komt er al aan.
Naast het park is een van de vele warmwaterbronnen die er in dit gebied zijn te vinden. Je kunt er badderen, wij houden het toch maar bij onze regendouche.

Onze toeristische toer gaat vervolgens verder langs Heraclea Sintica, een oude Griekse stad, waar de restanten van zijn te zien.
Anno 2021 is er een soort hekwerk in elkaar geknoopt met pallets, palen en draad. Wat een contrast met de dikke, stevige muren die er nu na honderden jaren nog staan. Benieuwd wat de oude Grieken hiervan zouden vinden…


Honderd meter voor de grens is onze laatste overnachting in Bulgarije. We kunnen Griekenland al bijna ruiken, helaas is er door de bewolking en regen nog weinig van Griekenland te zien.
De dame van de receptie wijst ons er op dat we een formulier in moeten vullen anders worden we bij de grens terug gestuurd. Ai, met onze fietskoorts bijna vergeten dat de wereld nog niet Coronavrij is. Het invullen is zo gebeurd maar niet als je per fiets reist. Als vervoermiddel hebben we de keuze uit bus, trein, vliegtuig, auto. Uiteindelijk kiezen we maar voor ‘bus’ met de firma ‘fiets’. Het woord ‘virus’ laten we maar achterwege voordat de Griekse alarmbellen gaan rinkelen. Ons adres wordt een hotel in Thessaloniki, wat we nooit in een dag kunnen halen en waar we waarschijnlijk ook niet naar toe gaan en waar we zeker geen veertien dagen blijven. Het formulier accepteert dit, nu maar hopen dat de douane het ook goed vindt.
Morgen kunnen we als eerste de grens over naar Griekenland!
